Fragment uit:
Het tweede Kerstfeest
p.14 en p.15
BAAS: Wat gaan we repeteren: wie kan er dansen en wie kan er zingen?
CHRIS: Ik kan dansen!
MAS: Ik kan ook dansen!
CHRIS: En ik kan zingen, ik kan heel mooi zingen!
MAS: Ik kan nog mooier zingen!
BAAS: Nou, laten we maar eens kijken dan...
BAAS: Nou, laten we maar eens kijken dan...ehm...laten we eerst maar eens beginnen met zingen. Even een leuk liedje om te oefenen.
Kling klokje klingelingeling...Kunnen jullie dat?
CHRIS: Ja, ja, natuurlijk kan ik dat zingen!
MAS: Ik ook, ik kan het nog beter zingen!
BAAS: Nou, laat maar horen dan...
Chris en Mas gaan er even goed voor staan en doen even wat stemoefeningen: ze zingen ‘Kling klokje’ heel hoog en heel laag, heel hard en heel zachtjes.
BAAS: Nou, kom op...zingen!
Dan beginnen Chris en Mas te zingen: vreselijk vals en: ze blijken de tekst helemaal niet te kennen.
CHRIS en MAS: Kling klokje...dingedingeding...klingklokje..ding...ding ding ding...
BAAS: Stop maar! Stop maar! Dat klinkt helemaal nergens naar!
Mas en Chris gaan verongelijkt maar naar de kookverrichtingen van Kokkin kijken.
MAS: Het was wel mooi!
CHRIS: Het was hartstikke mooi!
Ze kijken elkaar aan en rennen dan met zijn tweeen weer naar vooraan op het toneel. En zetten weer in.
CHRIS en MAS: Klingdinge..dingelingeling..dingelingeling...
Baas moet ze wegtrekken.
BAAS: Nee..nee...nee! Afschuwelijk!
Beledigd lopen de twee maar weer naar Kokkin.
BAAS: Bep? Kun jij zingen?
Bep was weer even begonnen met de bloemkool, nieuwsgierig de verrichtingen van Mas en Chris volgend.Als Baas haar aanspreekt legt ze meteen de bloemkool neer en loopt snel naar vooraan op het toneel.
BEP: Mag ik nu?
BAAS: Ga je gang maar...
Ze wil inzetten, maar ziet dan ineens al die mensen die naar haar kijken. Ze kijkt om en ziet dat iedereen, ook Baas, Mas, Chris en kokkin naar haar kijken. Daar wordt ze opeens heel verlegen van.
